1. Niet vervoeren als het overbelast is of als het gewicht van het geladen item niet duidelijk is.
2. Niet vervoeren als het bedieningssignaal niet duidelijk is.
3. Bundelen is niet sterk of onevenwichtig kan zijslip veroorzaken wanneer het niet wordt vervoerd.
4. Geen transport als er mensen of drijvende voorwerpen op de lading zijn.
5. De constructie of onderdelen mogen niet worden vervoerd als er gebreken of schade zijn die het veiligheidswerk beïnvloeden.
6. De werkplek is donker, de locatie is niet duidelijk te zien en het commandosignaal is onbekend.
7. Verpakkingen van gesmolten staal of gesmolten ijzer zijn te vol als ze niet worden vervoerd.